zondag 30 december 2012

Mijn verhaal, zoals ik het opstuurde naar de Eva


Daar zit ik dan. Temidden van de puinhopen van mijn dochter (17). Of moet ik zeggen: van haar leven? De rommel en de stofwolken om me heen grijnzen me arglistig toe.

Mijn gedachten gaan terug naar die avond. Daar stond ze. Haar wijsvinger waarschuwend opgeheven.

“Dit schrift, mam, mag je nooit lezen. Dit is geheim.” En ik beloofde het.

Maar tijdens deze grote schoonmaak, terwijl dochter logeren is bij een vriendin, schoot het door me heen: welk geheim is nu te groot voor een moeder??

En nu zit ik hier. Met het geheim van dochter op schoot. Hier en daar lees ik een stukje. Ik lees over haar vertrouwen in God, haar Vader, over haar pijn om een vriendin, over haar verdriet, zoals elke puber die heeft.

Terwijl ik verder blader glimlach ik stil. Mijn dochter. Door haar sociale beperking heeft ze het zwaar, maar ze komt er wel. Al heeft ze momenteel haar hart voor me gesloten en herken ik mijn spontane, vrolijke dochter bijna niet meer, de laatste maanden.

Plotseling zie ik dat die allerlaatste pagina’s ook beschreven zijn en ik blader zachtjes terug. Ademloos lees ik haar geheim:

‘Gelukkig zijn de zelfmoordideeën een beetje over. Ik weet nú dat ik voor God waardevol ben’. Ik blader verder terug en lees daar de oorzaak van zulke verdrietige ideeën: ‘ik ben verliefd! Op een meisje…’

Verdoofd klap ik het schrift dicht. Ik open de deur van de kast en zet het er voorzichtig weer in. Precies zoals ik het heb gevonden. Minutenlang staar ik voor me uit. En mijn hart schreeuwt: o nee! Wat een eenzaamheid, wat een verdriet! O God, help mijn kind hier doorheen!!

Als ik een kwartier later, of was het een uur? moeizaam overeind kom, komen ook mijn gedachten weer in één lijn met mijn gevoelens. Ik kom tot de ontdekking dat ik eigenlijk helemaal niet zo verbaasd ben. Ik ben vooral blij dat ik het nu weet. Zeker weet, van haarzelf ‘gehoord’. Ik voel me niet schuldig, omdat ik mijn belofte verbrak. Nu kan ik me voor bereiden op wat eens komt. Nu kan ik mijn standpunt hierover innemen en vooral, nu kan ik voor haar bidden.

 

Maar hoe verder? Opbiechten? Wachten? Doorvertellen? Allereerst race ik naar de computer voor meer informatie. Al weet ik natuurlijk drommels goed wat het inhoud, toch verlang ik naar ervaringsdeskundigen. Helemaal handig is het niet, want de pc staat midden in de kamer, iedereen loopt er zomaar langs. Door gebrek aan privacy besluit ik in de christelijke boekhandel op zoek te gaan naar boekjes over homofilie. Maar daar is niets te vinden. En anders? Had ik het dan durven kopen? Ze kennen me hier allemaal! De enige optie is nog: boekjes zoeken en via internet bestellen. Lekker anoniem, al moet ik wel goed de brievenbus in de gaten houden.

Mijn besluit staat al snel vast. Ik wacht. Ik confronteer dochter er niet mee. Ik wacht, tot zij zelf aan haar coming-out toe is.

Ik vertel verder niemand iets over deze ontdekking. Man niet. Hulpverleners niet. Vriendinnen niet.

Maar ondertussen praat ik. De hele dag heb ik contact met Vader en vertel Hem mijn zorgen.

“Vader wees met haar! Bescherm haar voor pijn, voor eenzaamheid en verdriet. Geef haar acceptatie en help haar als de verleidingen om haar heen zijn!” Ik bid het de hele dag, de hele nacht. Wel drie weken lang. Tot ik er zelf gek van wordt. En God ook, denk ik. En dan spreekt Hij:”Ik ben bij je. Ik ben bij haar. Vrees niet.”

Ik herinner me dat ik mijn zorgen bij Vader mag brengen, maar het ook daar mag laten. Nog een keer val ik op de knieën en dank Hem voor zijn zorg, voor zijn Vaderzijn. Hij is daar toch veel beter in dan dat ik moeder kan zijn? Er komt een intense rust in mijn hart. Ik kan dochter en haar probleem, haar anders zijn, helemaal bij Vader achterlaten en haar in Zijn armen leggen.

Dochter praat nog niet. Ik zeg niets. Behalve dat ik af en toe het gesprek op homofilie in algemene zin gooi. Tegen zoon bijvoorbeeld. Hij gebruikt het woord ‘homo’ te pas en te onpas. En dat doet me nu opeens heel veel pijn.

“Weet je, en ondertussen hoor ik dochter achter me op het toetsenbord rammen, God heeft de mens gemaakt. Man en vrouw. Zo is het bedoeld. Maar het kan zijn dat een man verliefd wordt op een man, of een vrouw op een vrouw. Dat is heel moeilijk voor hen. Heel verdrietig, heel eenzaam.”

Het getik houdt stil. Ik voel de spanning van dochter achter mijn rug.

“ Maar, ga ik verder. God houdt ontzettend veel van deze mensen. Juist omdat ze het zo moeilijk hebben en zo eenzaam kunnen zijn. En wij moeten ook heel veel van hen houden en hen helpen. En niet meer ‘homo’ roepen, want dat kan heel veel pijn doen.”

Zoon luistert. Dochter ook. Weet  ze nu dat ze welkom is? Dat ik haar mama blijf? Dat ik haar nooit zal laten vallen, wat er ook gebeurd?

Kom maar meisje, bij mij mag je uithuilen, ik wil je troosten. Waar wacht je nog op?

vrijdag 28 december 2012

Kennismaking

Hallo,

Ik ben Ria, moeder van onder andere Vera.
Ik heb heel erg de behoefte deze blog te maken en vol te schrijven met dat waar Vera laatst mee uit de kast kwam: ik ben verliefd op meisjes.
Natuurlijk wist ik het al: ik ben haar moeder en we hebben een heel goede band.
Ik had het ontdekt, ook zwart op wit, daarover de volgende keer meer.
Ik schreef mijn verhaal op en stuurde het naar de eva, een christelijk tijdschrift, als bijdrage voor 'Eva in vertrouwen'. Na een intervieuw met Marianne Grandia hierover, gewoon via de computer, kwam het artikel in het nu laatste nummer van de Eva te staan. En ik hoopte hiermee dat Vera het zou lezen en zich prijs zou geven.
Omdat wij de Eva samen lezen met mijn zus, kregen we hem niet de zesde in de brievenbus, maar pas op 22 december, twee dagen nadat Vera mijn artikel in de computer ontdekte. Ook daarover later meer.
Ik hoop dat zowel deze blog, als het Eva-artikel, er aan bij kan dragen anderen tot steun en bemoeidiging te zijn in dezelfde situatie.
Deze blog: een worsteling, een open brief, een strijd van moeder en dochter. Maar, naar ik hoop, bovenal een vastklampen aan God, onze Vader, van Wie we weten dat Hij ons nooit laat vallen!